Paardenalfabet E

Zou het niet heerlijk zijn, als je paard in een bepaald tempo blijft lopen zonder dat je hem continue hoeft aan te sporen? En dat je de teugels niet hoeft te gebruiken om hem tegen te houden? Zou het niet fijn zijn als je paard gewoon zijn aandacht bij jou houdt, in plaats van gericht is op zijn omgeving?

Met cirkels i.p.v. longeren help je je paard te begrijpen dat het zijn verantwoordelijkheid is om het tempo en de richting aan te houden die jij vraagt en niet op eigen houtje om te draaien of van gang te veranderen. Daarnaast is het ook zijn verantwoordelijkheid om te kijken waar hij loopt, terwijl hij om jou als middelpunt heen draait.

Om hier goed in te worden moet je eerst goed zijn in de vier eerste letters die hieraan vooraf gaan. Dus zonder A, neutraal, B wijken voor constante druk, C wijken voor ritmische druk, en D voor-achterwaarts eerst op niveau te hebben, kunnen de cirkels uitmonden in een eindeloze geestdodende oefening.

Wat is het verschil tussen de cirkels en longeren? De cirkels en longeren zijn in veel opzichten verschillend, maar het belangrijkste verschil is de achtergrondgedachte en het doel.
De meeste mensen longeren hun paarden voor ze gaan rijden, zodat paarden hun energie kwijt kunnen voordat de ruiter erop stapt. In het ons programma willen de studenten hun paard fris, levendig en vol kracht houden, omdat deze energie gekanaliseerd wordt door leuke (en veilige) dingen te doen! Paarden worden meestal ook gelongeerd om ze te leren op een cirkel te lopen, lengte buiging te vragen, aan een bit te laten wennen of in een bepaalde houding te lopen. Onze studenten willen dit ook, maar doen dit zonder hulpmiddelen die een paard in een fysieke houding forceren. Wij vinden de mentale en emotionele staat van het paard erg belangrijk en eindeloze longeercirkels dragen daar niet toe bij. Het is geestdodend voor een paard om in gedachteloze cirkels rond te moeten lopen. Longeren stimuleert niet de eigen verantwoordelijkheid van het paard om zelf te lopen want de begeleider drijft als het ware het paard continue op door mee te draaien met een longeerzweep achter het paard om hem aan te moedigen. Het paard raakt steeds meer verveeld en de persoon in het midden moet steeds meer doen. Met cirkels is dat anders.

Wat is cirkels wel en wat is het niet.

Cirkels, zoals alle letters in het paardenalfabet, stimuleert je paard mentaal, emotioneel en fysiek, terwijl je hem leert met jou in contact te blijven. Bij longeren werk je alleen aan het fysieke deel van je paard, maar doet mentaal en emotioneel helemaal niets.

Paarden houden van spelen en speciaal het spel “doe het tegenovergestelde” van wat mensen vragen. Vaak net zolang tot de mens gefrustreerd raakt en het opgeeft. Ze spelen dit spel iedere keer met ons of we het nou doorhebben of niet. Dat is waarom het paardenalfabet zo’n enorm verschil maakt in de relatie van jou en je paard. Het leert je een taal die paarden ook met elkaar spreken, inclusief de regels die ze hebben. Als je eenmaal erg goed in dit spel wordt, zal het paard je tot winnaar uitroepen, waardoor hij je met meer belangstelling en respect zal bekijken. Je wordt de leider van de kudde, zijn alfa.

Cirkels gaat niet over de fysieke oefening. Daar dient het heel paardenalfabet voor. Het idee van bijzet teugels komt in ons programma niet voor. We binden het hoofd van een paard nooit omlaag in geen enkele positie omdat dat de keus en elk gevoel van verantwoordelijkheid bij het paard wegneemt. Door hulpmiddelen te gebruiken om je paard te leren aan het bit te lopen, creëer je een dof gevoel in de mond van je paard en dat voel je in je teugels. Je paard leert om op de teugels te leunen en op de voorhand te lopen. Dat wil ik bij mijn paard niet voelen. Ik wil  ongeacht bij welke oefening die ik vraag, mijn paard zo licht in het contact hebben dat ik slechts het gewicht van de teugels in mijn handen voel. De cirkels helpen deze doelen te bereiken.

Hoe speel je de cirkels.
Het doel van de cirkels is dat je paard gewillig vertrekt in de gevraagde richting en in de gevraagde gang. Zonder constante aanmoediging moet het tempo en de richting ook worden aangehouden. Op de lichtste suggestie (aanwijzing) moet het paard ook weer terugkomen naar het midden.

De cirkels kun je opdelen in drie losse onderdelen:
Het weg sturen.
Het toestaan (neutrale houding van de begeleider).
Het terug laten komen.

Alle drie de onderdelen zijn even belangrijk.
Het wegsturen leert je paard om jouw suggestie en richting te volgen. De vier fasen van het wegsturen (hem vragen op de cirkel te gaan) zijn:
1) Leiden: leidt hem met een lichte druk op het touw in de richting die je wilt dat hij gaat.
2) Liften: til je horsemanstick of het einde van je touw op in je andere hand, als ondersteuning voor de richting van je vraag.
3) Swingen: swing als hij zich nog niet heeft bewogen met de horsemanstick of het eind van het touw.
4) Raken: raak hem als hij nog steeds stil staat tegen zijn schouder met de horsemanstick of het eind van het touw. Beweegt hij nu nog niet, begin dan weer opnieuw bij 1, het leiden. Doe het deze keer met iets meer energie en een meer vastberaden blik op je gezicht.

Op elk moment gedurende de vier fasen, als je paard probeert in de gevraagde richting te gaan, stop je met vragen en sta je hem toe op de cirkel te gaan. Als hij maar een halve ronde of slechts enkele stappen maakt, dan is dat OK. Begin weer opnieuw en doe dit zo vaak als nodig is. Het doel voor de persoon is om gedurende het toestaan op de cirkel niet te bewegen – niet mee te draaien, niet praten, niet slaan, niet klikken en ook niet je horsemanstick optillen. Alleen het touw achter je rug doorgeven. Je komt alleen in beweging als je paard tot stilstand komt. Je stuurt hem dan opnieuw op de cirkel en het moment dat hij gaat, kom je weer terug in je neutrale (ontspannen) houding. Intussen zal je paard proberen je in beweging te krijgen door zo vaak mogelijk stil te gaan staan en speciaal achter je rug! De enige manier om dit onderdeel te winnen is door passief te volharden. Het paard stopt en jij stuurt. Deze dans gaat door tot je paard denkt, het is veel gemakkelijker om op de cirkel te blijven dan iedere keer te stoppen en weer opnieuw te starten. Ik zal mijn begeleider trainen stil te staan en me met rust te laten.
Vraag je paard terug te komen als hij minimaal twee rondjes heeft gelopen in welke gang dan ook. Laat hem niet meer dan vier opeenvolgende cirkels draaien, anders zal je hem mentaal verliezen. Je moet net genoeg rondes doen om je paard te leren dat het zijn verantwoordelijkheid is om door te lopen.

1) Alleen deze keer glijden je handen over het touw naar je paard toe en breng je deze hand naar je navel. Breng het touw helemaal naar je navel, alsof je jezelf met het touw in je buik steekt
2) Lift je horsemanstick of het eind van het touw op en kijk naar je paard zijn heup
3) Swing de horsemanstick of het eind van het touw een paar keer in de richting van zijn heup
4) Raak je paard boven op zijn heup om hem naar je te laten draaien tot hij je aankijkt

Nu wordt duidelijk hoe belangrijk de voorbereiding van het wijken voor constante en ritmische druk is! Als je paard zich de eerste keer niet omdraait en je aankijkt, neem het touw dan korter vast en begin opnieuw met de vier fasen.

Wat maakt het mentaal en emotioneel zo’n uitdaging? Door de cirkels op deze manier en met deze regels te spelen, ontwikkel je enkele bijzondere vaardigheden voor jou en je paard.

Neem het wegsturen en het terug halen als voorbeeld. Als je een paard weg stuurt zonder zelf je voeten te bewegen, moet je de sturende en ondersteunende teugelpositie gebruiken. De leidende hand stuurt met het touw en de andere hand ondersteunt met de horsemanstick. Je leert om effectief te communiceren.
Als jij je paard terug laat komen gebruik je de indirecte teugel positie en leer jij je paard in te buigen tot een halt. Tijdens het rijden gebruik je dit inbuigen tot een halt ook, maar dan als noodstop! In het programma, gebruiken we op de grond nagenoeg dezelfde hulpen als op zijn rug. Dus het leren van de teugelposities op de grond zijn gemakkelijk over te dragen als je in het zadel zit, en je paard zal het goed begrijpen.
Door de vier fasen consistent en effectief te gebruiken voor het wegsturen en het terughalen, zal je paard leren snel te vertrekken en geleidelijke overgangen te maken met minimale moeite van jouw kant. Omdat je in het zadel dezelfde technieken gebruikt als op de grond, zal het paard dit snel aannemen. 

Het grondwerk heeft hem een nieuwe basis en ook respect gegeven.
Het toestaan op de cirkel leert het paard dat het zijn taak en verantwoordelijkheid is om de gang en richting aan te houden. Paarden leren op het moment dat de druk wegvalt. Constant druk op een paard maakt hem ongevoelig. Als je alleen maar iets van hem vraagt als je daadwerkelijk iets van hem wilt en niet continu druk op hem houdt, leert je paard comfort te vinden.
Paarden zijn net als getrouwde mannen – ze haten gecorrigeerd te worden.
Paarden maken veel fouten tot ze ontdekken wat hun taak is, dus het is belangrijk erg geduldig met ze te zijn. Dat vraagt mentale fitheid van de begeleider. Vraag de dingen telkens opnieuw totdat het paard begrijpt wat je wilt. Jouw taak is simpelweg stil te blijven staan en te glimlachen als hij het goed doet. Geef je paard niet het gevoel dat je hem dom vindt door continu op hem te vitten. Laat hem zien dat je weet dat je hem comfort kan geven door hem met rust te laten.
Glimlachend in het midden van de cirkel stil staan, is een perfecte voorbereiding voor je onafhankelijke zit. Voor een onafhankelijke zit moet jij je zowel mentaal als fysiek focussen. Je moet leren niets te doen als alles goed gaat. Totale ontspanning staat je paard toe zijn taak uit te voeren. Je komt pas in actie als het niet goed gaat en je neemt daarna gelijk je ontspanning, je neutrale houding aan.
Een van de grote voordelen van de cirkels is dat jij voor je paard het centrum van de cirkel wordt. Als jij ervoor zorgt dat je net genoeg cirkels doet zodat je paard zijn taak kent, zal hij mentaal en fysiek op je gefocust blijven omdat hij weet dat hij rust krijgt wanneer je hem naar binnen laat komen.

Als je paard jou en het midden van de cirkel als de sweetspot gaat zien, zal hij hier mentaal en emotioneel meer mee verbonden raken (nou begrijp je waarom je neutraal zo belangrijk is). Je zult zien dat je paard meer aandacht voor jou heeft. Hij heeft zijn binnenste oor op jou gericht, zijn neus is lichtjes naar binnen gebogen, zijn lichaam gebogen in de vorm van de cirkel en het touw zal losjes hangen of zelfs in zijn geheel over de grond slepen.

Na een korte periode deze cirkels gedaan te hebben, heeft je paard geleerd om zelf met de juiste buiging op de cirkel te blijven. Dit is waar top ruiters vaak naar op zoek zijn in eindeloos veel uren training. Jij hoeft alleen maar van de taak een spel te maken. Zet het spel zo in elkaar dat je paard het meeste comfort vindt als hij precies doet wat je van hem vraagt. Zo simpel is het als je snapt hoe een paard denkt en jij over de kennis beschikt.