Wat kunnen we doen om een fijn en meewerkend veulen te krijgen?
Een veulen is bij de geboorte neurologisch al helemaal volgroeid. Pasgeboren veulens en andere prooidieren zijn vrijwel direct na de geboorte volledig actief in tegenstelling tot de meeste pasgeboren roofdieren of kittens en puppies die bij de geboorte vrijwel compleet hulpeloos zijn. Het is van levensbelang dat pasgeboren prooidieren heel snel na de geboorte kunnen vluchten voor gevaar.
Wat een veulen in de eerste periode na zijn geboorte ziet, ruikt, leert en ervaart, blijft permanent opgeslagen in het geheugen. Als je er bij de geboorte en de uren erna bij bent, heeft het veulen de neiging om je als onderdeel van de kudde te beschouwen. Ook de rest van de dagen die volgen is voor jou als begeleider of eigenaar van groot belang om er zoveel mogelijk bij te zijn, zodat we die speciale relatie creëren waar we allemaal van dromen.
Zaken die je je veulen vroeg kan leren zijn bijvoorbeeld:
Het veulen vertrouwd maken met de mens. We kunnen deel uitmaken van de kudde door bij de geboorte aanwezig te zijn en de volgende 10 dagen te investeren in verdere training.
- Het veulen leren om aangeraakt te worden, ook op de gevoelige delen zoals benen en oren.
- Het veulen leren wijken voor druk (de box - zie verderop).
- Het veulen laten wennen en leren leiden aan een halster en/of touw.
- Het veulen leren zijn voeten te geven.
- Het veulen voorbereiden op ontwormen.
- Het veulen voorbereiden op een injectie of chip.
- Het veulen leren in de trailer te lopen.
Paarden verdelen alle ervaringen die ze hebben gehad in twee categorieën;
- Iets wat angst aanjaagt en waar je voor moet vluchten.
- Iets waar je niet bang voor hoeft te zijn.
Als een paard een ongevaarlijke stimulus zoals bijvoorbeeld een plastic zak, een tractor of een dierenarts in het brein plaatst als iets waar ze voor moeten vluchten, dan creëert dat grote problemen voor degene die het paard moet hanteren. Degenen die met paarden werken moeten ervoor zorgen dat de paarden geen slechte ervaringen krijgen, dat ze van jongs af aan al worden voorbereid op de dingen waar ze als gedomesticeerd paard in hun leven mee te maken krijgen. Omdat het werk van bijvoorbeeld een hoefsmid, dierenarts en tandarts als een bedreiging kan worden gezien door een paard, is het de verantwoordelijkheid van de eigenaren om hun paarden goed voor te bereiden en vertrouwd te maken met deze handelingen. Een goed begin is het halve werk, dus start hiermee als ze jong zijn.
Bij het fokken en trainen van een veulen is het een vereiste dat ook de merrie zachtaardig en welgemanierd is. Is dat niet het geval, dan is het beter om de merrie eerst op te leiden voordat het veulen geboren wordt, of beter nog, voordat ze wordt gedekt. Je moet niet verwachten dat je volgzame, welgemanierde veulens zult krijgen als je geen welgemanierde merrie hebt. Veulens kopiëren hun moeder.
Het toepassen van druk en wegnemen van druk.
Leiden is druk, een paard ergens mee naartoe nemen is druk, rijden is druk. Beoefen de druk die je gebruikt zo vriendelijk en licht mogelijk. Veulens hebben maar een heel kort concentratievermogen, per sessie een kwartiertje met ze bezig zijn is genoeg, want je veulen ervaart dingen al snel als te veel.
Wees zo licht mogelijk, leer jezelf een goede timing om direct te releasen als je een goed antwoord krijgt en oefen vaak. De release is het moment waarop het veulen leert, dus jouw timing is hierin heel erg belangrijk. Release is een ander woord voor loslaten/weghalen van druk.
In het belang van je veulen moet je tevreden zijn met kleine stapjes en snel en vaak belonen. Het moet vooral leuk zijn om samen bezig te zijn en ondertussen leert het veulen een goede reactie te geven op de druk die wij geven.
Ps; Als het veulen tijdens jullie sessie wil drinken, dan gaat dat altijd voor. Eindig een sessie altijd op een goede noot.
1.
Vriendschap sluiten. Contact maken, aanraken, krabbelen, knuffelen, aanwezig zijn, spelen en ondertussen vriendschap sluiten. Krabbel de plekjes waar het veulen jeuk heeft. Leer je veulen overal aangeraakt te worden, ook de erg gevoelige plaatsen zoals het gezicht, de oortjes, de benen eerst boven de knie en hak, later pas onder de knie en hak. De benen zijn voor het paard erg belangrijk voor overleving. De meeste veulens zullen reageren met een schopje of wegrennen als je te plotseling de benen wilt aanraken omdat ze dit snel als een bedreiging ervaren. Doe dit in kleine stapjes en neem de tijd, want tijd en geduld zijn je vrienden. Dwing het veulen niet, het is gemakkelijk zo’n klein dier letterlijk te overmeesteren, maar daar maak je geen vrienden mee. Blijf geduldig en speels, je veulen zal goed reageren op aanraken als je tijdig terug trekt en het daarna opnieuw probeert. Approach and retreat. Het is belangrijk dat we de benen van boven tot onder kunnen aanraken en later de voeten kunnen oppakken. Geef het veulen een goede ervaring door het in kleine stapjes en speels te doen zonder dwang en besef dat het natuurlijke instinct van het veulen voor een afweerreactie kan zorgen. Dit is niet stout maar overlevingsgedrag. Leer begrip te tonen voor de natuurlijke instincten van het paard.
Jouw timing tijdens het leerproces is allesbepalend.
2.
De box. Met beide armen kunnen we een box vormen zoals op de foto. We gaan proberen het veulen in deze box even tussen de armen te houden. In de box kunnen we het veulen een stapje voorwaarts of achterwaarts vragen met onze armen. Dit zijn de eerste stappen naar wijken voor druk. Ik zal dadelijk uitleggen* waarom wijken voor druk bij de eerste opleiding van je veulen van belang is.
Bij het oefenen met de box is wachten je grote vriend, wordt niet sterk, wordt niet boos maar wacht totdat je veulen zijn antwoord heeft bedacht.
Een klein jong veulen kan je gemakkelijk dwingen maar dat is niet wat we willen. We willen het veulen iets leren en dat is heel wat anders dan dwingen. We willen een goede en soepele start waar ze de rest van hun leven profijt van hebben zonder dwang.
Het brein van het veulen is heel flexibel en ze leren direct, zeker als je ze in een goede mindset weet te houden.
Het moment dat je los laat of de druk weg laat vallen, is het moment dat het veulen en ook het volwassen paard leert. Het is van belang dat jouw timing van het wegnemen van druk klopt, zodat je het juiste aan je paard leert. Je leert gemakkelijk het verkeerde aan je veulen, want het veulen leert altijd, of het nu datgene is wat je wilt of iets anders.
Tussen je oefeningen door neem je veel tijd om lekker te spelen en te knuffelen, want je wil natuurlijk wel de favoriete mens van je veulen zijn en blijven. Met kleine stapjes kan je allebei gelukkig zijn met wat je bereikt.
Alle dingen die je met je veulen doet, oefen je zowel aan de linkerkant als aan de rechterkant. Paarden ervaren beide zijden anders en het is belangrijk deze beide kanten gelijkwaardig te ontwikkelen.
3.
Introductie van een touw. Veulens nemen graag alles in hun mond om het te onderzoeken, proeven en testen. Gebruik je touw in het begin opgevouwen om het veulen ermee aan te raken, te aaien en te borstelen en laat het veulen eraan snuffelen en het in de mond nemen om te kijken wat het is. Nieuwsgierigheid in een paard is een groot goed, behoudt zijn nieuwsgierigheid ten alle tijden.
We gaan later het touw gebruiken om het voor de borst te leggen, achter de achterhand en over de schoft als schofttouw te gebruiken om het veulen te leren wijken voor de druk.
Het veulen is een blank canvas waar jij je schilderij op schildert. Het veulen leert altijd, ook de dingen die je misschien niet wilt. Als je zelf je veulen niet goed hebt gelezen en de verkeerde strategie toepast met de verkeerde timing, leert je veulen ook iets, maar waarschijnlijk niet datgene wat je voor ogen hebt.
Jouw veulen reageert zoals een prooidier reageert, het is zaak om niet aan het touw te trekken als het veulen niet reageert of jou een tegengestelde reactie geeft. Ga niet trekken, maar houdt het touw vast met hetzelfde gevoel totdat het juiste antwoord wordt bedacht door het veulen. Door geen dwang uit te oefenen en het veulen zelf de oplossing te laten bedenken met jouw hulp, krijg je een beter leerproces. Voor ons is er een taak weggelegd te voelen in plaats van te trekken aan een touw. Mensen zijn geneigd de handen snel te sluiten en langzaam te openen. Ons bewust hiervan worden en gevoel ontwikkelen voor het veulen en de materialen waar we mee werken is een must voor veulen-training. Niet alleen een mentaal gevoel maar ook een goed gevoel in de handen en voor de timing.
Als je het veulen gaat leren te wijken voor druk op het touw, voorwaarts, achterwaarts of zijwaarts, doe je dit altijd aan de linker- en aan de rechterzijde van het veulen. Uiteraard laat je de druk van een onsje die je geeft al los als het veulen al denkt aan het wijken, zodat het veulen direct de connectie legt als het iets goed uitvoert. Later kan je vragen om 1 stapje en als het veulen het snapt om 2 stapjes. Tussendoor krabbel je het veulen, want druk uitoefenen, ook al is het maar 100 gram, ervaart het veulen al snel als te veel. Je speelt, aait en knuffelt je veulen veel, met andere woorden, je bent veel in een neutrale houding zonder dat je wat vraagt, je wilt graag vrienden zijn met je veulen en dit ook zo houden. Zo’n jong dier heeft maar een hele korte concentratiespanne, net als een jong hondje of klein kind. Die willen ook vooral spelen en spelend leren.
Je veulen is een paard en paarden hebben van nature een claustrofobische aard. Trigger zo min mogelijk het claustrofobische gevoel bij je veulen om te voorkomen dat je veulen gaat tegenstribbelen vanuit angst. De kunst is je veulen vast te houden zonder druk op te bouwen, gewoon houden zonder kracht te gebruiken of sterker te worden. Dat alleen vraagt van de begeleider al een behoorlijk bewustzijn en zelfcontrole, oefening, ervaring en kennis.
Veulen-training is dan ook niet voor beginners.
Het Schofttouw. Het schofttouw is ideaal want het zit niet aan het paard vast. Als er iets gebeurt, kan je het laten vallen. Het valt op de grond en blijft niet vastzitten aan je veulen zoals een halster met touw. Bovendien geeft een halster druk op de nek achter de oren (pole) en dat wil je in het begin niet.
Je veulen met het schofttouw voorwaarts vragen i.p.v. aan het hoofd is veel vriendelijker en roept minder weerstand op. Als het veulen druk voelt op de nek achter de oren, dan zal hij reflexmatig terug gaan trekken, steigeren en achterover kunnen vallen. Deze slechte ervaring wil je ten alle tijden voorkomen.
Het veulen mag altijd de spullen waar we mee werken onderzoeken en testen/proeven.
Mind, flexion, weight, maybe the feet. Dit is een veel gebruikte stelling maar wat betekent dit eigenlijk. Als je veulen het goede antwoord zoekt en al aan de oplossing denkt of zijn gewicht alleen al verplaatst, laat je meteen zien dat dit het goede antwoord is door de druk weg te nemen. Onthoud dat het moment dat de druk wegvalt, het moment is dat het veulen leert. Voorkom ten alle tijden dat je aan het touw gaat trekken. Als het veulen in de druk loopt, hou je alleen maar vast met hetzelfde gevoel, je gaat niet trekken. Je vraagt het veulen met gevoel, niet met kracht of dwang,
Als de gedachte van het veulen naar de oplossing uitgaat, zal de buiging, het gewicht en zeer waarschijnlijk de voeten volgen.
Het halster. Wij werken altijd met een touwhalster. Hier laat je natuurlijk nooit je paard of veulen mee in de wei of stal staan. Dit is een gebruikshalster voor als je samen aan de slag gaat.
Je past het halster eerst door het veulen met je hand vast te houden, in de box tussen je armen, wat je al eerder samen hebt gedaan. Zo kan je het halster passen of omdoen zonder dat je aan het halster gaat trekken, want immers als het veulen de druk op de nek achter zijn oren voelt, dan zal hij terugtrekken, steigeren en achterover kunnen vallen met alle gevolgen van dien. Je veulen zal in het begin het halster om het hoofd een raar gevoel vinden en wat met zijn hoofd bewegen of schudden of schuren. Geef hem de tijd te wennen zonder dingen te vragen. Gewoon samen zijn en vriendelijk zijn, begrip hebben voor de fase waarin het veulen zit.
Het leiden aan het halster. Gebruik het halster in het begin nog niet om mee te leiden, maar plaats ook het schofttouw erbij om druk op de nek te vermijden. Vraag voorwaarts door het halster wat gevoel te geven zonder te trekken, maar geef de druk met het schofttouw wat je veulen al kent. Geef geen hogere druk als het niet lukt maar wacht. Als je met veulens werkt, is wachten je grote vriend. Begin op een goede noot door vriendelijk en speels al het voorgaande wat je samen hebt gedaan te herhalen; spelen, krabbelen, aaien, de box, het touw als borstel gebruiken, het schofttouw aanleggen, speel met hem, loop met hem, geef een onsje druk om achteruit, vooruit of zijwaarts te gaan. Begin met de dingen die bekend zijn en bouw dit langzaam verder.
Neem alle tijd die nodig is. Laat het veulen zelf zijn antwoord bedenken en geven. Leer het daarmee te antwoorden in plaats van te reageren.
Is het veulen gewend aan het dragen van het halster en de schoftrope samen, dan kan je dit gaan verbinden met elkaar. Wij gebruiken een halster met een beweeglijke ring onder de kin. Je vraag kan via het touw naar het halster gaan zonder aan het hoofd te trekken. Omdat het touw door de ring zit, kan het hoofdje nog wel alle kanten op bewegen maar wordt gestimuleerd mee te gaan met de richting van het touw waar je heen stuurt. Zo krijgt het veulen geen druk op het achterhoofd en geen claustrofobisch gevoel.
*Waarom willen we het veulen leren wijken voor druk? Wijken voor druk is wat we veel met paarden doen, zowel met grondwerk, tijdens het leiden als in het zadel. Als het veulen dit al vroeg leert, hebben we er nu en later allemaal profijt van. Wijken voor constante druk is moeilijker dan wijken voor ritmische druk. Paarden kunnen zich instinctief verzetten tegen druk, met name tegen constante druk omdat ze van nature weten dat tegen constante druk ingaan hun overlevingskans vergroot. Dit instinct is bij onze gebruikspaarden ook nog steeds aanwezig.
Bij alles wat we met onze paarden doen, komt ritmische en constante druk aan de orde. Het omdoen van een halster, voeten geven, paard omzetten voor het uitmesten van de stal, het rijden, etc. Nu we de kans hebben ons veulen dingen te leren, is het belangrijk om dit wijken voor druk op een positieve manier aan te leren zodat het veulen voorbereid is op zijn toekomst met ons. We maken hiermee een start met het afspreken van een taal met elkaar en brengen de communicatie op gang.
4.
Voetjes geven. Het is erg handig, nu ze klein zijn, het voeten geven aan te leren en dit te blijven oefenen. Hier heeft later iedereen veel profijt van met de voetverzorging, hoefsmid en dierenarts. Stap 1 is het been kunnen aanraken, eerst boven de knie en hak en later onder de knie en hak. Zoals eerder beschreven kan een jong veulen hier wat defensief op reageren omdat het instinct hem zegt dat zijn benen zijn grootste goed zijn om te overleven in de natuur. Langzaam de tijd nemen gaat je helpen het veulen vertrouwd te maken met het oppakken van de voetjes. Approach-retreat-reapproach.
5.
Vinger in de mond om te leren ontwormen. Paarden leren razendsnel. Als een eerste ervaring met bijvoorbeeld de hoefsmid, een dierenarts, een trailer, injectie of ontworming traumatisch is omdat er dwang bij wordt gebruikt, dan zal het paard bij volgende vergelijkbare situaties dezelfde angst ervaren. Daar staat tegenover dat wanneer zo’n eerste ervaring prettig is, het paard bij een volgende vergelijkbare situatie ook ontspannen zal zijn.
Het leren voorbereiden op de ontworming is iets dat je nu kan aanleren door je vinger in de mondhoek van het veulen te plaatsen en te wachten tot je veulen de kaak ontspant voordat je je vinger er weer uit haalt. Oefen dit zoals met alle dingen aan beide zijden. Timing (het moment van het teruggtrekken-release) en gevoel zijn hierbij cruciaal.
6. Het veulen voorbereiden op een injectie of chip.
Een injectie of een chip plaatsen kan voor het veulen heel spannend zijn, want er komt een vreemde persoon dichtbij die over het algemeen zijn werk wil doen en er geen uren voor uit willen trekken om het veulen eerst te leren kennen.
Een injectie hoeft niet perse pijnlijk te zijn maar een chip plaatsen geeft wel wat discomfort.
Om dit voor te bereiden laten we het veulen eerst wennen aan een tondeuse, want er zal voor het plaatsen van een chip een stukje haar worden weggeschoren. Je kan gewoon je eigen tondeuse van thuis gebruiken om mee te oefenen. We hoeven niet perse nu haren weg te scheren maar het gaat meer om het kennismaken met het geluid en de trilling die het geeft. Doe je tondeuse aan en houdt het nog op afstand van het veulen, als het veulen wil kijken en snuffelen dan mag dat. Als dat goed gaat en het veulen is er niet bang voor kan je het veulen er stapje voor stapje mee benaderen. Je kan het veulen ermee aaien en aanraken zonder te scheren, houdt hem dan met de achterkant tegen het veulen aan op de rug of aan andere plek die het veulen prettig vindt. Neem het apparaat ook telkens weg als het veulen een goede reactie geeft zoals het accepteren of ernaar willen kijken. Als het bang is dan benader je en haal je het weer weg. Bij veel paarden werkt dit erg goed. Benaderen, weghalen en opnieuw benaderen. Hiermee kan je bewijzen dat je een betrouwbare partner bent die niks opdringt. Je kan langzaamaan het veulen overal gaan aanraken met deze brommende trilmachine. De hals, de oren, de benen, etc. Later wil je misschien het paard scheren in de winter en dan zijn de 1e stappen voor deze voorbereiding ook gezet.
Pak vervolgens in de hals een stukje huid op en knijp en prik er een beetje in met je vinger. Je kan ook met een tandenstoker een klein prikje geven op het stukje vel dat je hebt opgepakt, daarna aai je het plekje weer. Aai, prik, aai. Wanneer je je paard of veulen leert het hoofd te buigen naar de kant waarop je het vel in de hals wat optilt, ervaart het minder ongemak. Wees niet te gretig, zet kleine stapjes en oefen je release op het juiste moment. Release niet als het veulen gaat tegenstribbelen, je laat los als het veulen netjes blijft staan met het hoofd naar je toe. De principes achter alles in dit veulenverhaal zijn hetzelfde, je wilt het veulen voorbereiden en iets leren, je zet kleine stapjes, vraag niet teveel, speelt veel en houdt alles positief.
Je bouwt dit langzaam op en oefent dit aan beide zijden, want het paard leeft in 2 werelden.
7. Het veulen leren in de trailer te lopen.
Trailer laden is een 'nauwe ruimtes spel'. Voor het trailer laden van je veulen kan je een aantal keuzes maken. Uiteraard moet de moeder erbij zijn en je kan ervoor kiezen de moeder als eerste in de trailer te zetten en het middenschot te gebruiken of de moeder buiten de trailer te houden en met het veulen te spelen rondom en in de trailer. Wanneer je de moeder in de trailer wilt hebben, moet je er wel zeker van zijn dat de moeder goed laad en geen verkeerd voorbeeld geeft aan het veulen en stress gaat verspreiden.
In onze videoserie over het trainen van een veulen laten we beide opties zien.
Het veulen en de moeder moeten in elkaars zicht blijven anders kan dat veel onrust veroorzaken en we willen juist in ontspanning werken en goede ervaringen meegeven.
Soms zal het veulen uit nieuwsgierigheid zelf de klep op gaan en soms wil het met de moeder mee en zal zo meelopen. In andere gevallen ziet het veulen de noodzaak helemaal niet om de klep op te stappen of een trailer in te gaan. Uiteindelijk is een trailer een hok op wielen die de claustrofobische aard van het paard wakker maakt, dus waarom zou dat een vrije keus zijn voor het paard.
De eerste stap is om het veulen de klep te laten onderzoeken, snuffelen, kijken, etc. Misschien wil hij er zijn voet op zetten, dat zou natuurlijk geweldig zijn. Je kan het veulen uitnodigen erop te komen. Aangezien de trailer iets nieuws is, houd je wel alle andere dingen die je doet bekend. Je gaat niet ineens aan het halster leiden en daar druk op uitoefenen als dat nog niet bevestigd is, je gebruikt datgene wat je eerder hebt geoefend zoals de schoftrope en dit koppel je aan het halstertje zodat je geen druk op het achterhoofd geeft.
Als je je veulen op de klep vraagt en hij doet dit goed, dan neem je hem ook weer mee van de klep af, je bouwt dit langzaam op en duwt niet de rest van het veulen de trailer in als je 1 stapje hebt gekregen. Wij mensen zijn maar al te vaak veel te gretig. Het veulen heeft tijd nodig. Je observeert, onthoudt en vergelijkt. Je hebt nu 1 stapje gekregen, misschien krijg je straks weer 1 stapje of misschien wel 2. Wanneer je druk gebruikt op het touw om het veulen voorwaarts te vragen, houd je die druk totdat je je antwoord krijgt, zoals 1 stapje voorwaarts. De principes zoals we dit beschreven in nr 4 gelden nu ook. Laat je de druk gaan omdat je veulen tegenstribbelt onthoudt dan dat dit voor jou misschien geen issue is, maar dat het veulen wel heeft onthouden dat dit ook een antwoord is. Toevallig een antwoord die wij juist niet kunnen gebruiken.
Je veulen leert altijd, ook de dingen die we niet willen. Je bent 50 procent bezig je paard iets te leren en de andere 50 procent ben je bezig je paard niet het verkeerde te leren.
Loopt je veulen op de klep achteruit, dan mag dit altijd.
Je mag je paard niet tegenhouden als het uit de trailer wil stappen of van de klep af wil stappen. Je moet ten alle tijden een betrouwbare partner blijven voor je paard en daar komt geen dwang bij kijken. Verwar druk niet met dwang, druk geven is natuurlijk voor een paard en dwang is pressie dat veelal door mensen wordt gebruikt.
Dus wanneer je paard of veulen achteruit de trailer uit wil, terwijl jij het paard vraagt erin te lopen of te blijven staan, sta je WEL toe dat ze eruit stappen, maar er is wel een consequentie. De consequentie is dat het veulen als het buiten tot stilstand is gekomen, vooruit moet. Al is het maar 1 stapje vooruit op de plek waar hij staat, dat kan buiten de trailer zijn. Want jouw vraag om vooruit de trailer in te gaan blijft gelden, als het veulen eruit gaat is dit ok, maar op de vraag vooruit te gaan moet wel het antwoord ‘vooruit’ komen en 1 stap vooruit is een goed antwoord. We zouden het veulen anders leren dat achteruit OOK een goed antwoord is.
Tips; je kan jezelf klein maken om het veulen nieuwsgierig te maken en hem de trailer in te laten lopen naar je toe.
Hou altijd de emotionele staat van je veulen in de gaten, hoe staan de oogjes en oren, positie van het hoofd, wordt het veulen moe, wil het drinken, etc.
Het veulen heeft geen klok en geen noodzaak, wij zouden dat ook niet moeten hebben. Begin dus niet pas met trailerladen als je ergens naartoe moet. Ga hier ruim van tevoren mee beginnen.
---------------------------------------
~Problemen die zich kunnen voordoen met trailerladen~
Bekend met het leren trailerladen bij paarden is, dat het in het begin steeds wat beter zal gaan, het paard/veulen gaat leren wat de bedoeling is. Op een bepaald punt in je sessie zal je zien dat het ineens steeds slechter en slechter gaat. Het paard gaat alle registers open trekken en gaat experimenteren door bijvoorbeeld trekken, steigeren, omdraaien, weglopen, etc. De kunst is om zelf neutraal te blijven, niet mee te gaan in emotie, niet strenger te worden, niet te gaan schreeuwen of toevlucht te zoeken tot hulpmiddelen of mankracht of wat dan ook. Je blijft gewoon je positie behouden en de vraag stellen totdat je je antwoord krijgt, al is het maar 1 stapje in de goede richting, dit betekent niet dat het veulen weer helemaal de trailer in moet als het eruit is gelopen, maar dat 1 stapje naar voren, ook al is dit buiten de trailer, ook een goed antwoord is. Je snapt wel dat je je communicatie met je veulen heel goed moet beheersen en heel handig moet zijn met de materialen die je gebruikt. Trailerladen staat in ons leerprogramma ook pas als laatste beschreven omdat je eerst moet leren hoe je communiceert met een paard en welke strategieën je kan gebruiken. Bovendien moet je timing en gevoel perfect zijn als je wilt dat je paard of veulen de dingen leert zoals je dat in gedachten hebt. Dingen leren doen ze altijd, ook de dingen die je juist niet wil ; )
Als je meer wilt leren over trailer laden, raden we je deze trainingen aan...
~Problemen die zich kunnen voordoen; bijten, brutaal veulen~
Als je veulen bijt. Je veulen zal veel willen onderzoeken met zijn mond, lippen en tandjes. Hij zal in jou en andere dingen gaan bijten om te onderzoeken en te testen. Bijten is niet prettig en dat is iets wat we niet willen stimuleren. Een beetje nibbelen aan je hand of kleding is wel oké, maar bijten niet. Wat doe je daar dan aan?
Op het moment dat je veulen je wil bijten kan je rustig en zacht je vinger of zijkant van je hand in zijn mond brengen op een plek waar hij je niet kan bijten met tanden of kiezen. Het veulen zal wat jij in de mond hebt gedaan eruit willen spugen en dat sta je dan toe, je neemt je hand weer uit de mond, zie foto.. Dit is een vriendelijke manier om het veulen aan te geven dat bijten niet is wat je wil.
Een brutaal of duwerig veulen. Als je veulen erg pushy/duwerig/brutaal is, kan je je hand op de neus plaatsen en een onsje druk geven om het veulen een stapje achterwaarts te vragen. Het veulen zal zijn hoofd gaan bewegen om van die hand af te komen, je blijft zacht met je hand maar houdt de hand op dezelfde plek alsof er een spin op zijn neus zit en beweeg gewoon mee totdat het veulen een stapje terug doet. Je timing van loslaten is cruciaal.